Ik woonde in een flat op de tiende verdieping. Met een prachtig uitzicht over Bilthoven, Zeist en Hilversum. Zelfs de zendmast bij Lopik kon ik zien. Het gebeurde op 13 mei 2011. Ik werd getroffen door een hersenbloeding. Pas na drie dagen werd ik gevonden door twee agenten. Ik kon al die tijd niet praten of om hulp roepen. Daar lag ik op de grond en ik zag de zon opkomen en ondergaan.

Trilplaat

Na mijn revalidatie mocht ik niet meer terug naar huis. De lift ging tot de negende verdieping en ik kon de trap niet op. Ik heb slijtage aan mijn knieën. Zo ben ik in dit wooncomplex voor senioren gekomen. Het is twee keer zo klein als mijn flat. Ik heb het gevoel terug in mijn rechterbeen, maar het is instabiel. Ik heb een trilplaat gekocht om mijn rechtervoet te stimuleren. Die staat altijd klaar naast mijn stoel. 

Lees verder onder de foto

Overwinning

Het praten kost nog moeite. De logopedist zegt: je moet meer met mensen praten om te oefenen, anders krijg je weer afasie. Maar ik krijg niet vaak bezoek. Je kunt me nu beter verstaan dan vroeger. Toen kon ik helemaal niet articuleren. Ik ben in mijn jeugd een aantal keer geopereerd aan mijn kaak en verhemelte vanwege een hazenlip. Jarenlang heb ik logopedie gehad. Ik kan nu de -k en de -t goed uitspreken. Dat zijn explosieve letters. Dat is mijn overwinning! Je moet bij de -k druk zetten en dat lukt niet met een open gehemelte. 


Hoe ervaart u uw kwaliteit van leven? Of uw naaste? Vul de vragenlijst in en help uzelf en de zorg vooruit.


Doorleren

Bij de revalidatie werd ik onderzocht door een psychiater. Zijn conclusie was dat er niets mis is met mijn geheugen en kennis. In Indonesië had ik op de mulo gezeten. Toen ik 12 was, kwam ik met mijn familie naar Nederland. Ik werd teruggezet naar de zesde klas van de lagere school, omdat ik niet goed kon spreken. Ik zou nog drie jaar VGLO moeten doen, voortgezet gewoon lager onderwijs. Dat zinde mij niet. Via de LTS ben ik naar de MTS gegaan. Ik ben elektrotechnicus geworden en heb dat werk heel lang gedaan. 

Macrofoto’s

Foto’s maken deed ik heel graag, macrofotografie. Dan kom je heel dicht bij het onderwerp, bijvoorbeeld een bloem of dier. Ik ben ervoor naar de Keukenhof geweest, Burgers Bush, Blijdorp en Avifauna. Met een collega ging ik op pad naar de Open Luchtmacht-dagen. Op het werk had ik twee collega’s die aan fotografie deden. De een zweert met een Nikon-camera, de ander met Canon. Daar kom je niet uit. Een goede foto hangt niet af van de camera maar van degene die ‘m maakt. Nog steeds neem ik een camera mee voor foto’s van de natuur en gebouwen. 

Lees verder onder de foto

Uit de bocht

Ik moet vaak naar het ziekenhuis en dan ga ik met mijn eigen scootmobiel. Dat is de Rolls Royce onder de scootmobielen. Ik haal 22 tot 25 km per uur. Toen ik nog kon fietsen, vond ik het leuk om zo scherp mogelijk door de bocht te gaan. Soms met nare gevolgen. Nu ik met scootmobiel of driewiele rijd, doe ik dat niet meer. Met mijn driewieler moet ik nu zelfs de ruimere bochten nemen. Ik heb ook een scootmobiel van de gemeente maar die is traag, die kan maar 10 of 12 km. per uur. Daarmee doe ik de ritjes in de buurt, bijvoorbeeld naar de fysiotherapeut of naar de supermarkt. Ik wil zoveel mogelijk zelf doen. Eten kook ik zelf.

Fietsen

Ik heb astma, dat had ik al voor de beroerte. Daarom duurt mijn herstel langer, zegt de longarts. Drie keer per dag komt de thuiszorg het verband om mijn been wisselen en een vernevelapparaat voor de astma geven. Als ik extra benauwd ben zijn er twee pufjes die ik kan gebruiken. Zolang ik me niet inspan, lukt het wel. Ik word gauw moe. Dan ga ik piepen. Ik heb weinig energie over. Vroeger fietste ik veel, op de racefiets of met een ATB. Ik had wel zeven fietsen. Nu ben ik afhankelijk van drie wielen. 

Indonesië

We waren met vijf kinderen thuis, drie jongens en twee meisjes. Ik ben de oudste, geboren in Bandoeng. Ik ben een stuk of vijf keer naar Indonesië geweest. Ik hoop dat ik daar mijn laatste dagen mag doorbrengen. De regering geeft expats de gelegenheid om zes maanden of één jaar min een dag te blijven, mits je voldoende financiële middelen hebt. 

Tekst: Christl Foekema
Fotografie: Geert de Jong