Mijn man heeft altijd gevaren op zee. Toen wij elkaar leerden kennen, was hij net een paar jaar met vervroegd pensioen. We hebben samen nog veel gereisd en gevaren met onze motorboot, totdat hij dat niet meer kon.

Bestralen

Op zijn 72e had hij ineens een kuchje. Zes weken later, na een antibioticakuur en vakantie met onze boot, had hij het kuchje nog steeds. Hij vertrouwde het niet en liet zich doorverwijzen: het bleek strottenhoofdkanker. In onze woonplaats was net een nieuw radiologisch instituut geopend. Daar kon hij in overleg met het ziekenhuis van Rotterdam worden bestraald.

Door de bestralingen is zijn hals vreselijk verbrand geweest. Mijn man klaagde nooit, maar door het littekenweefsel groeide zijn keel steeds verder dicht. Een halsstoma wilde hij zo lang mogelijk uitstellen, dus zocht hij naar alternatieven. Zijn stembanden zijn verschillende keren operatief verlegd en hij is eenmaal gelaserd. Daarna kon hij telkens een paar jaar vooruit.

Uiteindelijk had hij toch een halsstoma nodig. Dat was een crime: hij hoestte steeds slijm op en stikte vaak bijna als hij at. Maar hij had geen andere keus, zonder stoma zou hij zeker zijn gestikt. Ik was bang dat de geschiedenis zich zou herhalen, want mijn vader is op zijn 80e gestikt doordat hij in het ziekenhuis zijn zuurstofmasker had afgerukt. Ik belde dus al snel 112 als mijn man het benauwd kreeg.

In 2009 zijn we samen naar Zuid-Afrika geweest, waar we allebei hadden gewoond met onze vorige partners. In de periode erna kreeg mijn man last van hartritmestoornissen. Als hij de trap opkwam, zakte hij bijna in elkaar. Na veel ambulanceritten, ziekenhuisopnames en onderzoeken, bleek de oorzaak lymfeklierkanker te zijn en werd hij opnieuw bestraald.

Zelf zorgen

Ondertussen nam ik thuis steeds meer taken op me. Ik deed de administratie en hielp mijn man met van alles. Op den duur kon hij minder goed lopen. Hij had een invalidenkaart en -autootje, waarmee hij er toch nog een beetje op uit kon. Mantelzorger wilde ik mezelf niet noemen. Als het mij was overkomen, had ik ook graag gewild dat hij goed voor me zou zorgen. Ik heb gewoon de mazzel dat ik altijd kerngezond ben geweest. En ik vind het belangrijk om ook als vrouw zelfstandig te zijn. Sommige vrouwen van mijn generatie lieten altijd alles over aan hun man en gaven zelfs hun rijbewijs op. Dat past niet bij mij, ik houd ervan om dingen zelf te doen.

Thuiszorg heeft mijn man maar heel kort gehad, voor het schoonmaken van zijn stoma en later voor de sondevoeding. Dat konden we al snel zelf en daardoor ervoeren we meer bewegingsvrijheid. Het is heel prettig dat de zorg er is, ze doen het heel goed en zijn heel lief. Maar ze komen steeds op wisselende tijden, waardoor je altijd thuis moet blijven. En als je een zieke man hebt, kun je toch al weinig kanten op.

(Het verhaal gaat onder de foto verder)

Zeemeeuw Kareltje
Mijn man was zelf trouwens ook een beetje mantelzorger. Op de boulevard waaraan wij wonen, kwam al jaren een meeuw met een lamme vleugel die Kareltje werd genoemd. Twintig jaar lang heeft mijn man hem dagelijks met veel plezier gevoerd, totdat Kareltje afgelopen voorjaar ineens verdwenen was. In die periode ging de gezondheid van mijn man ook flink achteruit.

Infectie en heupbreuk

Met Pasen dit jaar kreeg hij een bacteriële infectie, waarvoor hij werd opgenomen in het ziekenhuis. Omdat het coronatijd was en hij al 87 jaar was, moest ik hem na drie weken mee naar huis nemen. Daar was ik vreselijk boos over: hoe kon ik zo’n zieke man nou thuis verzorgen?

Tien dagen later werd hij opnieuw opgenomen. Toch werd hij na twee weken weer naar huis gestuurd. Door de infectie was zijn gezicht helemaal gezwollen, hij leek wel een hamster. De door het ziekenhuis voorgeschreven medicatie bleek niet leverbaar bij onze apotheek en het alternatief hielp niet afdoende.

Op een nacht viel mijn man uit bed toen hij naar de wc wilde gaan. Ik schrok wakker van een enorme klap en belde meteen de zorg. Ondertussen probeerde ik hem overeind te zetten, waarbij ik mezelf flink heb verrekt en vertild – ik ga er nog steeds voor naar de fysiotherapeut. De verzorgende die mijn man weer in bed hielp, adviseerde ons nog wat te slapen. Na een uur hebben we weer gebeld en werd geconstateerd dat mijn man zijn heup gebroken had. Omdat de ambulancebroeders hem de trap niet op kregen, hebben ze de brandweer ingeschakeld voor hulp.

Na de heupoperatie leek mijn man goed te herstellen, totdat hij een week later uit het ziekenhuisbed viel en dezelfde heup opnieuw brak. Het rekje aan zijn bed had niet omhoog gestaan. Opnieuw was ik ongelooflijk boos. Mijn man had veel pijn en kreeg last van zijn longen, omdat hij het slijm niet meer kon ophoesten. Hij was helemaal op en stemde er uiteindelijk zelf mee in dat hij steeds meer morfine kreeg. Na vijfenhalf uur is hij overleden, met mij en de kinderen aan zijn bed.

(Het verhaal gaat onder de foto verder)

Mevrouw Staalman kijkt uit over zee

Leven en dood

Ik weet wel dat het leven eindig is, we gaan allemaal een keer dood. Maar de manier waarop… de laatste tijd in het ziekenhuis was zo afschuwelijk. Ik had hem de pijn willen besparen en hem graag gegund dat hij hier thuis in zijn slaap was overleden. Dat hij dit allemaal heeft doorstaan vind ik zo knap. Ik weet niet of ik het zou kunnen.

De zorgtaken voor mijn man zijn weggevallen, maar nu ga ik regelmatig naar mijn zoon. Hij heeft de laatste jaren flinke gezondheidsklachten gekregen en woont net als ik alleen. Wat ik voor hem doe, voelt evenmin als mantelzorg. Hoe oud je kind ook is, het blijft je kind. Ik denk dat het gros van de moeders zou doen wat ik doe. Bovendien hoef ik hem niet dagelijks te helpen en ga ik vaak gewoon gezellig een kopje koffie drinken.

Het leven is maar kort, dat realiseer je je als je ouder wordt. Een mens moet gewoon genieten van de dingen waarvan hij genieten kan. Dat hebben mijn man en ik zeker gedaan, we hebben samen zoveel herinneringen.

“Hoe gaat het nou met u?” Die vraag wordt niet vaak gesteld. Maar die kan u helpen beseffen of u hulp of ondersteuning kunt gebruiken bij uw mantelzorgtaak. Breng uw behoefte in kaart met onze vragenlijsten 'Mijn mantelzorgtaak'.