Ik had al genoeg: genoeg andere ongemakken, genoeg andere aandoeningen, genoeg pijn, genoeg vermoeidheid. Kortom: mijn lijf kon niet ook nog eens kanker erbij hebben.

Het ging niet over mij

Ook al had ik al een bindweefselziekte, vastgezette schouders en pijnlijke gewrichten, er werd na de mammografie toch ook nog een aanvullende echo gemaakt en een punctie gedaan. De radioloog slaagde er dankzij mijn vastgezette schouders niet in een punctie van mijn okselklieren te nemen. Toen wist ik het zeker: ik kon geen borstkanker hebben. Dit was niet te doen voor mijn lichaam.

In het kamertje bij de oncoloog werd er binnen vijf minuten een einde aan dat idee gemaakt: “mevrouw, het is niet goed, u heeft borstkanker”. Bij mijn man was het al eerder doorgedrongen, maar zelfs tijdens het gesprek met de oncoloog kwam ik nuchter en zakelijk over, want het ging tenslotte niet over mij. Ik kon geen borstkanker hebben. Ik had het idee dat ik naar een film zat te kijken, waarin ik zelf niet de hoofdpersoon was. Ik keek van een afstand toe.

Onze hoofden vol, onze lijven gespannen

Daarna werden er stappen ondernomen om de kanker te lijf te gaan. Alle informatie werd doorgestuurd naar een universitair ziekenhuis, gezien de ingewikkelde situatie met mijn andere aandoeningen. Onderweg naar dit ziekenhuis drong het langzaam tot me door dat de kanker toch echt in mijn lichaam zat.

Na het gesprek met de oncoloog in dit tweede ziekenhuis en na nog meer onderzoeken, kwamen mijn man en ik vermoeid weer thuis. Onze hoofden vol van alle informatie, en onze lijven gespannen. Ik was op de wachtlijst geplaatst voor de operatie. Het was nu echt; de film draaide niet langer om een ander. Deze keer zat ik er middenin.

Het geloof als houvast

In al deze onrust ging ik op zoek naar houvast. Dit was voor mij het geloof. Ik las al dagelijks in de bijbel en ik ging hier mee door in deze onrustige tijd. Middenin alle onzekerheden voelde ik dat God mij duidelijk maakte dat zijn genade genoeg is. We hebben ook genoeg, meer dan genoeg.

Ik ben ervan overtuigd dat hij al mijn tekorten, fouten, maar ook pijn en verdriet wegneemt. Jezus legt zijn leven eromheen, zodat al mijn littekens niet meer zichtbaar zijn. Als ik ‘s morgens wakker word, heb ik het licht in mijn ogen, mag ik genieten van de nieuwe dag, hoor ik alles om mij heen nog (overigens niet altijd een zegen), word ik beschermd door ons knusse huis, met degene die ik lief heb. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Ik merkte dat ik er rustig van werd. Er is nog genoeg om dankbaar voor te zijn.

Vanuit dat perspectief wilde ik de strijd aangaan. Makkelijk gezegd, bleek later, want de strijd was nog niet eens begonnen…

Foto: Taylor Smith