Een keer per week rijd ik naar mijn dochter, die woont drie kwartier hiervandaan. Daar slaap ik dan een nachtje, help ik mee met het huishouden en heb ik het gezellig met mijn kleinkinderen. Ik zit niet graag stil en daar in huis is altijd wel wat te doen. ’s Avonds rijden doe ik niet meer en ook onbekende wegen sla ik over. Het is een kwestie van aanpassen. Als ik niet meer mag of kan rijden dan komen ze mij misschien wel halen, als dat uitkomt!

Actief

Ik heb een actief vrijwilligersleven en ben een trouwe kerkganger. De kerk is voor mij vooral een sociale aangelegenheid. Iedere zondag gaan we na de dienst bij iemand koffie drinken. Ik ben en blijf de oudste van ons groepje. Begrafenissen zijn niet zo leuk, maar iemand de laatste eer bewijzen hoort erbij. Je spreekt dan ook weer achtergebleven familieleden. Dat is toch wel het nadeel van ouder worden, dat je bepaalde mensen overleeft. Ik heb nog 1 broer en 1 zus. We waren voorheen met 7. Thuis werk ik graag in de tuin, maak ik zelf kaarten en kijk ik graag televisie. Ik verveel mij eigenlijk zelden.

Huis

Mijn man overleed in 2004 op 78-jarige leeftijd. Wij hebben elkaar pas later ontmoet en ik kreeg pas kinderen op mijn 42ste. Dit huis kochten we vlak na ons trouwen. In principe kan ik hier blijven wonen. Mocht ik toch naar een verzorgingshuis ‘moeten’ dan blijf ik niet in Brabant maar zal ik richting mijn dochter verhuizen. Dit huis is op papier inmiddels al eigendom van mijn dochter. Dat is alvast geregeld en scheelt straks hopelijk gedoe. Met een paar kleine aanpassingen zou ik in de toekomst beneden kunnen slapen en douchen. Verder denk ik niet teveel vooruit. Komt tijd komt raad!

Eigen regie

Eén keer per week ga ik naar de gym. Dit doe ik al 30 jaar. Daarnaast fiets ik heel erg graag. Maar enkel met mooi weer. Voorheen fietste ik soms wel 60 kilometer per dag. Ik ben gezond. Slik geen medicijnen. Mag eigenlijk niet klagen. Ik zeg gewoon iets eerder: even zitten!

Ik doe alles nog zelf. Anders word ik lui. Ik zoek wel hulpmiddelen voor het gemak. Zo heb ik voor de ramen bijvoorbeeld een lange stok en voor in de tuin heb ik iemand die het zware werk doet. Ik vind hulp vragen niet lastig. Als iets kapot gaat in of rondom het huis dan zorg ik dat er iemand komt die het maakt. Mijn buren letten goed op. Als mijn gordijnen dicht blijven komen ze vragen of er iets aan de hand is. Dat is een fijn gevoel.

Tekst en foto's: Romi Tweebeeke