Deze lotgenoot was in haar herstel al enkele stappen verder. Zo wees zij mij op mijn onrustige houding. Alles aan willen pakken omdat ik vind dat ik dat moet kunnen, beloofde volgens haar weinig vooruitgang. En ze had gelijk. Het niet accepteren van de situatie en alles wat er met de toen nog niet volledig erkende schade samenhing, zat diep. Heel diep. Ik besloot haar advies op te volgen.

Zo deed ik mee aan een cursus Ervaringsdeskundigheid in mijn gemeente, ik begon met mediteren en besloot weer te gaan schrijven. Later vroeg ik persoonlijke begeleiding aan en kwam er een pup in huis. Om het nieuwe ritme vast te houden had ik externe factoren ter motivatie nodig. Ik leerde dat ik mijn hoofd leeg kan wandelen. Dat deed ik ook als ik ging fietsen. Maar een fiets hoeft niet dagelijks uitgelaten te worden. Althans, niet noodzakelijk. Een hond wel. De begeleidster vroeg mij gericht naar de beleving hiervan, zodat de bewustwording compleet was. Dit ingebouwde ritme zorgde dat ik met sprongen vooruit ging. Ik hoef niet meer met alles mee te doen, mee te maken, mee te leven. Omdat een kerngezonde leeftijdsgenoot dat in mijn ogen wel allemaal kan en ik niet achter wou lopen. Ik hield mezelf voor de gek. Je kan pas lekker in je vel zitten wanneer je duidelijkheid biedt. Voor jezelf en voor diegenen om je heen.

Laatst was ik in mijn enthousiasme de weg weer even kwijt. In plaats van drama te vinden, vond ik begrip. De groep waar ik mee te maken had reageerde rustig. Er werd mij - al dan niet bewust - tijd gegeven om te herkennen wat ik deed. De groep waar ik het over heb weet van mijn hersenletsel, al kent men NAH als ziektebeeld zo goed als niet. Later gebeurde er weer iets waarin ik merkte dat ik gegroeid ben. Er zijn deze zomer leuke plannen, ook voor mij. Leuke dingen doen met mensen waar je je goed bij voelt. Dat is uiteindelijk toch waar het om draait?

Dus maakte ik plannen samen met vrienden. Plannen die soms uitlopen en waar ik in mee ga, totdat mijn grens bereikt is. In de voorbereiding van deze plannen heb ik voor het eerst op de rem getrapt. De groep heeft het misschien niet eens als zodanig ervaren, er wordt namelijk geen nadruk gelegd op wat niet kan. We plannen vrolijk verder. Tot er iets ligt waar iedereen baat bij heeft. Geen gedoe, gewoon genieten. Het kan wel. Wanneer je de gezelligheid toe laat en je grenzen herkent, heb ik geleerd, kan er ook met NAH nog best wel heel erg veel.

© Suzanne Smit